Probleemstelling
Braken
Anamnese
Bram wil sinds enkele dagen niet goed eten. Wanneer hij vast voedsel eet braakt hij. Door de verwijzend dierenarts wordt Bram verdacht van een peritoneopericardiale hernia.
Klinisch onderzoek
Bram is attent, rustig, heeft een normale lichaamsconditie en een costo-abdominaal adempatroon. Beiderzijds zijn normale longgeluiden hoorbaar over het gehele longveld. Er is geen hartruis hoorbaar. Buikpalpatie is niet afwijkend.
Differentiaal diagnose
Braken heeft een zeer brede differentiaal diagnose onder te verdelen in oorzaken binnen het maagdarmkanaal en oorzaken daarbuiten (centraal, metabool). Mechanische obstructie door een afwijkende positie van buikorganen of prikkeling van het peritoneum kunnen braken veroorzaken bij een patiënt met een peritoneopericardiale hernia.
Diagnostisch plan
Röntgenopnamen van de thorax, echografisch onderzoek van thorax en abdomen.
Laterale, DV, en VD röntgenfoto’s thorax: sterke vergroting van de hartschaduw, dislocatie van trachea naar dorsaal, lever niet duidelijk zichtbaar in de buikholte.
Echografie van thorax: een groot deel van de lever is binnen de pericardiale ruimte gelegen, echografisch normaal hart.
Echografie van abdomen: groot deel van de lever is door een defect in het diafragma gelegen in de thorax, geen andere bijzonderheden die braken zouden kunnen verklaren.
Aanvullende diagnostiek
Laboratoriumonderzoek van plasma.
Er zijn geen andere oorzaken voor braken gevonden.
Diagnose
Braken ten gevolge van een aangeboren peritoneopericardiale diafragmatische hernia.
Behandelplan
Herniorapphy
Behandeling
Operatie
Benadering via buikholte. Craniale midline coeliotomie. In het pars tendineus van het diafragma is een opening zichtbaar waardoorheen het grootste deel van de lever in de thorax verplaatst is. Lever terug gemanipuleerd vanuit de thorax naar de buikholte, hetgeen als gevolg van de pathologische vergroeiing met het diafragma niet volledig mogelijk is. Zodoende bij de herniorapphy de normale randen van het diafragma geadapteerd middels enkelvoudige knoophechtingen. De afwijkende vebinding tussen peritoneum en diafragma is niet volledig gereseceerd. Goede en stevige sluiting van het diafragma verkregen waardoor herniering van buikorganen niet meer mogelijk is. Sluiting buikholte.
Snel herstel van spontane ventilatie na thoracocentesis via thoraxdrain.
Postoperatieve beeldvorming
Post-operatieve Röntgenopnamen van de thorax laten normale positie van de buikorganen zien. De hartschaduw heeft een normale grootte. Tussen de hartschaduw en het diafragma is de afwijkende verbinding tussen peritoneum en pericarium zichtbaar waar geen buikorganen meer in zijn gelegen.
Resultaat
Een dag na de operatie wordt Bram uit de kliniek ontslagen.
Vijf dagen na de operatie komt Bram op controle. Bram braakt niet meer, is levendig en actief en heeft een normale ademfrequentie en normaal ademtype.