Omgerekend naar het totaal aantal honden en katten in Nederland zijn dit naar schatting jaarlijks bijna 2,8 miljoen incidenten*. In meeste gevallen (20 procent) werd het dier gebeten of aangevallen door een ander dier. Bij 18 procent van de huisdiereigenaren heeft het dier wel eens verwondingen aan de poten opgelopen door bijvoorbeeld glas, 13 procent heeft meegemaakt dat zijn dier iets vreemds at en 7 procent dat zijn dier zelfs iets giftigs at.
Omdat huisdiereigenaren vaak niet weten wat ze precies moeten doen, kan een klein ongelukje leiden tot iets ergers. Niet verwonderlijk als we kijken naar de EHBO-kennis onder huisdiereigenaren. Zo heeft slechts 19 procent een EHBO-voor-dieren-cursus gevolgd. Dit blijkt uit onderzoek naar dieren EHBO onder 1.838 huisdiereigenaren in opdracht van AniCura, uitgevoerd door het Nationaal Huisdierpanel.
Het is wettelijk verplicht om - net als bij mensen - een dier in nood te helpen. 44 Procent van de huisdiereigenaren is hiervan niet op de hoogte. Hoe ouder, hoe vaker men wel weet dat het wettelijk verplicht is een dier in nood te helpen. 69 procent van de 61-plussers weet dit, tegenover 48 procent van de groep onder de 30 jaar. Bovendien volgt men veel vaker een EHBO-cursus voor mensen (57 procent) dan voor dieren (19 procent).
EHBO voor dieren
Het hebben van een EHBO-diploma voor dieren geeft een grote kans op succes bij het helpen van een dier in nood. Maar bijna een derde weet niet eens dat het bestaat. De baasjes die een EHBO-cursus voor dieren hebben gevolgd, zijn in staat om belangrijke behandelingen uit te voeren. Degenen die geen EHBO-cursus hebben gevolgd, komen in 58 procent van de gevallen wel weg met het aanleggen van een noodverband. Maar zaken zoals het stelpen van een slagaderlijke bloeding gaat bij 66 procent van de baasjes zeker problemen opleveren, terwijl zo’n verwonding wel reëel is om op te lopen.
Grootste misverstanden
Door het gebrek aan EHBO-kennis bij dieren gaat er nog wel eens iets mis en doen sommige huisdiereigenaren uit onwetendheid iets wat ze beter niet hadden kunnen doen. Volgens Dierenarts-specialist traumatologie (spoedzorg) en intensive care van AniCura Diergeneeskundig Verwijscentrum Dordrecht, Laura Ruys, zijn er dan ook flink wat misverstanden die heel moeilijk de wereld uit te krijgen zijn. “Een veelgemaakte fout is dat huisdiereigenaren bij oververhitting een natte deken over hun huisdier leggen. Het probleem hierbij is dat je het dier juist afsluit van verkoeling, waardoor hij het nog warmer krijgt. Beter is om water met een tuinslang of gieter over de vacht en de snuit heen te gieten en dan met een ventilator af te koelen.” Nog zo’n mythe is dat je je hond zout moet geven om het te laten braken. “Dat dat was vroeger heel gangbaar en werd ook door dierenartsen geadviseerd. Maar nu weten we dat zout in grote hoeveelheden zeer giftig is voor honden en katten en ze kunnen er zelfs aan doodgaan. Je kunt beter naar de dierenarts gaan die een speciale braak injectie kan toedienen.” Een ander vaak voorkomende misstand is dat huisdiereigenaren hun dier wel eens chocola geven. “Dit is heel gevaarlijk, chocola is heel giftig voor zowel honden als katten. Mocht je huisdier chocola hebben gegeten, bel bij twijfel de lokale dierenarts om advies in te winnen”, aldus Ruys.
Wat te doen in geval van nood?
64 procent van de respondenten belt de dierenambulance wanneer een hond of kat is aangereden. Bij een gewond wild dier is dit 77 procent. Als een dier glas in zijn poot heeft, verleent 35 procent zelf hulp. Als een dier wordt gespot in een warme afgesloten auto is dit 19 procent. In dit laatste geval belt 65 procent de hulpdiensten zoals de politie.
Ruys: “Er heerst nog veel onduidelijkheid over wie nu precies te bellen als een dier in nood is. Je kunt altijd eerst met de lokale dierenarts bellen die samen met jou de situatie kan inschatten en kan vertellen wat je vervolgens het beste kunt doen. De dierenarts kan bepalen of je zelf EHBO kunt toepassen, langs moet gaan bij de dierenarts of een spoedkliniek, of dat je de dierenambulance moet bellen en kan je indien nodig helpen met de telefoonnummers van spoeddiensten.”
------
*cijfers zijn gebaseerd op deze achtergrondinformatie. Daarin wordt gesteld dat er in 2014 2,6 miljoen katten en 1,5 miljoen honden zijn. 68 procent van 4.100.000 katten en honden is 2.788.000 incidenten.