Verwijszorg: hoe kies ik het beste ziekenhuis voor mijn dier?

Waarom is een verwijzing naar een ziekenhuis voor dieren nodig?

Wettelijk gezien mag elke dierenarts alle handelingen binnen de diergeneeskunde uitvoeren. Hij mag uw dier bijvoorbeeld aan een hernia opereren, terwijl hij dat misschien maar één keer eerder heeft gedaan. Dat is best vreemd, toch? Gelukkig verwijzen de meeste dierenartsen u in zo’n geval door naar een verwijskliniek, waar een dierenarts werkt die veel kennis en ervaring heeft met bepaalde aandoeningen en behandelingen. Een verwijscentrum is dus een ziekenhuis voor dieren.

In een verwijskliniek wordt uw dier behandeld door een dierenarts vak-expert of een dierenarts-specialist. Deze dierenartsen hebben na hun studie diergeneeskunde specifieke nascholing gedaan of enkele jaren verder gestudeerd. Doordat zij veel meer kennis van en ervaring met een specifieke ziekte of behandeling hebben, krijgt uw dier de beste diagnose én behandeling.

Checklist: hoe kiest u een goede verwijskliniek en de juiste dierenarts?

In de meeste gevallen heeft uw dierenarts een netwerk van dierenartsen of dierenarts-specialisten die goed zijn in hun vak en kunt u vertrouwen op zijn oordeel. Toch wilt u misschien zelf kunnen nagaan of u bent doorverwezen naar de beste dierenarts of dierenarts-specialist.

Maar waar moet u op letten? Veel mensen starten met het checken van referenties op internet en social media. De meeste mensen letten, heel logisch, erop of liefdevol wordt omgegaan met hun dier en of ze op een fijne manier geholpen worden. Goede service is natuurlijk heel belangrijk, maar dat zegt niet veel over de kwaliteit van de handelingen. Daarom hebben we deze checklist voor u gemaakt. Deze checklist helpt om een dierenarts-plus/dierenarts-specialist en de kliniek waar hij werkt, te beoordelen.

Welke dierenarts gaat uw dier helpen?

• Wat voor studie heeft hij gedaan? Is hij een dierenarts vak-expert of een dierenarts-specialist?
• Volgt de dierenarts regelmatig nascholing om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen, zoals nieuwe behandelmethodes?
• Hoe vaak voert hij de behandeling of het onderzoek uit dat uw dier nodig heeft?
• Hoeveel jaren ervaring heeft de dierenarts?
• Heeft de dierenarts een team achter zich: werken er in de kliniek verschillende dierenartsen met verschillende kennisgebieden en werken zij samen als het nodig is?
• Deelt de dierenarts kennis met andere dierenartsen om zichzelf, het vak en andere dierenartsen te verbeteren?
• Zijn de dierenartassistenten, die de dierenarts ondersteunen, gediplomeerde paraveterinairen?

Hoe werken de medewerkers in de kliniek?

• Heeft de kliniek een duidelijke richtlijn om hygiënisch en steriel (bacterie- en virusvrij) te werken?
• Hoe worden operaties uitgevoerd:
  • Welke narcose krijgt uw dier?
    • Krijgt het dier een infuus tijdens de narcose? Dit is vooral belangrijk voor grotere operaties. Dit zorgt bijvoorbeeld voor dat uw dier voldoende vocht krijgt, daardoor de bloeddruk beter op peil blijft.
    • Wordt het dier tijdens de narcose goed in de gaten gehouden:
      • is er hartbewaking?
      • vindt er koolzuurmeting plaats?
    • Wie monitort de lichaamstemperatuur van uw dier en houdt deze goed op peil? Dit is heel belangrijk voor het herstel van uw dier.
    • Hoe is de zorg direct na de operatie? Wordt uw dier regelmatig nagekeken door een assistent om te kijken of het goed wakker wordt en of de temperatuur op peil blijft?
    • Hoe is de uitleg voor de zorg die u thuis na de operatie moet geven? Krijgt u duidelijke uitleg, een document waarin alles nog een keer uitgelegd is en wordt er een controle gepland?
  • Probeert de kliniek het gebruik van antibiotica waar mogelijk te voorkomen? Lees hier meer over het voorkomen van resistente bacteriën.
  • Zijn er vaste werkvoorschriften om fouten te voorkomen?

Heeft de kliniek de juiste uitrusting?

• Welke apparatuur heeft de kliniek om goede diagnoses te stellen, zoals het maken van een foto of echo van het dier? Je kunt vragen naar de aanwezigheid van bijvoorbeeld:
  • een laboratorium - voor snelle uitslag van onderzoeken en bloedtesten
  • de apparatuur voor koolzuur-, hartslag- en temperatuurmetingen
  • een röntgenapparaat
  • echo-apparatuur - om bijvoorbeeld in de buik of borstkas te kijken
  • CT- en / of MRI-scanners
  • Wordt de apparatuur minimaal één keer per jaar gecontroleerd?

Bovenstaande informatie vindt u vaak via de website van kliniek waar de dierenarts of specialist werkt. Of u vraagt het aan een van de dierenarts-assistentes of de dierenarts zelf. Wees niet bang om kritisch te zijn! Een goede dierenkliniek of dierenarts zal dat begrijpen, of zelfs aanmoedigen, en uw vragen graag beantwoorden.